NL/EO vortaro

Vorto:
Serĉis por "te voet gaan". La serĉado daŭris 0,024 sekundojn kaj produktis 131 rezultojn:
te voet gaaniri piede, piediri
teen, je, tro
-eco-heid, -ie, -schap, -te, -teit
abundaj kaŭzojredenen te over
aĉeteblate koop, veil
aĉetproponite koop bieden
agiageren, bezig zijn, doen, handelen, optreden, te werk gaan
amasiĝikruien, samenrotten, samenscholen, te hoop lopen, zich ophopen
antaŭ olaleer, alvorens, alvorens te, eer, voor, vooraleer
antaŭolalvorens te
aperiopdagen, opdraven, te voorschijn komen, uitkomen, verschijnen
aperigilaten verschijnen, opduikelen, te voorschijn halen
atendiafhalen, te wachten staan, verbeiden, verwachten, wachten
aŭtografiokunst om handschriften te reproduceren
bonfidate goeder trouw
bruegikabaal maken, te keer gaan
bruiaangaan, denderen, rommelen, rumoeren, te keer gaan
cintrohulpsteiger om boog of gewelf te metselen
ĉe li hejmete zijnent
ĉe nibij ons, te onzent
ĉe vibij u, te uwent
dankibedanken, dank betuigen, danken, te danken hebben
defendi sinzich te weer stellen, zich verdedigen
desdes te
des plides te meer
des pli da kialoreden te meer
distrumpetite koop lopen met, uitbazuinen
dubabedenkelijk, te betwijfelen, twijfelachtig
dubeblate betwijfelen
ekbojiaanslaan, beginnen te blaffen
ekinsultibeginnen te schelden
ekpriparolite berde brengen
eksplodiloapparaat om iets op te blazen
eksterdubaontegenzeglijk, waaraan niet te twijfelen valt, zeker
ektranĉiaansnijden, beginnen te snijden
ektremibeginnen te trillen
elkrepuskiĝibeginnen te dagen
eltiriontlokken, tappen, te voorschijn trekken, trekken, uithalen
emerĝite voorschijn komen
emociiĝihet te kwaad krijgen, ontroerd worden
enbinnen, in, per, te
enakviĝite water gaan
esti aĉeteblate koop staan, te koop zijn
esti utilabruikbaar zijn, te stade komen
eviteblate vermijden, vermijdbaar
farebladoenlijk, haalbaar, maakbaar, te doen, uitvoerbaar
fojon post fojokeer op keer, uit en te na
forfalite gronde gaan, wegvallen
forpermesitoestemming geven om te vertrekken, vrijaf geven
forpetivragen om weg te mogen gaan
gastilogeren, te gast zijn
gestemade neiging hebbend te gesticuleren
k.t.p.enz.
voetfuto, piedo
akiri influonvaste voet krijgen
futovoet
iri piedebelopen, te voet gaan
kontraŭagide voet dwars zetten, tegengaan, tegenwerken
laŭ egalecoop voet van gelijkheid
persistidoorbijten, doorzetten, voet bij stuk houden, volharden, volhouden
piedete voet
piedirigaan, lopen, te voet gaan
piedopoot, voet
piedpasite voet oversteken
piedpremiaanstampen, onder de voet lopen, vertrappen
rilati amike kunop goede voet staan met
sekvi senpereop de voet volgen
tujaanstonds, dadelijk, meteen, op staande voet, schielijk, subiet, zo
vivi lukseop grote voet leven
de voet dwars zettenkontraŭagi
onder de voet lopenpiedpremi
op de voet volgensekvi senpere
op goede voet staan metrilati amike kun
op grote voet levenvivi lukse
op staande voettuj
op voet van gelijkheidlaŭ egaleco
te voetpiede
te voet gaaniri piede, piediri
te voet overstekenpiedpasi
vaste voet krijgenakiri influon
voet bij stuk houdenpersisti
gaanirado, iri, piediri, soni, veturi
agiageren, bezig zijn, doen, handelen, optreden, te werk gaan
albordiĝiaan land gaan, landen
alikuŝiĝigaan verliggen
aliriaanpakken, gaan naar, genaken, naderen
altabliĝiaan tafel gaan, gaan aanzitten
alteriĝiaan land gaan, aanlanden, landen
amblide telgang gaan
ankriverankeren, voor anker gaan
antaŭenirivoorwaarts gaan
apelaciiappelleren, een beroep doen op, in appl gaan, in beroep gaan
ascendinaar boven gaan
bankrotibankroet gaan, failleren, failliet gaan, mislukken
bruegikabaal maken, te keer gaan
bruiaangaan, denderen, rommelen, rumoeren, te keer gaan
ĉetabligiaan tafel gaan
daŭrigidoorgaan, verder gaan met, vervolgen, voortgaan, voortzetten
descendiafdalen, naar beneden gaan
difektiĝikapot gaan, onklaar raken, stukgaan
disventiĝiverloren gaan
droniverdrinken, vergaan, verloren gaan
efektiviĝiin vervulling gaan, tot stand komen, werkelijkheid worden
ekdormiin slaap vallen, inslapen, onder zeil gaan
ekferiiop vakantie gaan
ekforkuriaan de haal gaan
ekiriop weg gaan, opstappen, tijgen, weggaan
ekkuŝigaan liggen, zich neerleggen, zich uitstrekken
ekkuŝiĝigaan liggen, zich uitstrekken
ekplorigaan huilen, in tranen uitbarsten
eksidigaan zitten, plaatsnemen, zich zetten
ekstarigaan staan, opstaan
ekvelionder zeil gaan
ekvojaĝiafreizen, op reis gaan
ekvojiriop pad gaan
elŝipiĝivan boord gaan
emeritiĝiaftreden, met pensioen gaan
enakviĝite water gaan
endormiĝigaan slapen
enlitiĝigaan slapen, naar bed gaan, zich ter ruste begeven
enŝipiĝiaan boord gaan, scheep gaan
enviciĝiaantreden, in de rij gaan staan
esti akompanata degepaard gaan met
esti multe priparolataover de tong gaan
esti neriproĉeblavrijuit gaan
esti pensiatamet pensioen gaan
esti premata degebukt gaan onder
esti protokolataop de bon gaan
evitimijden, ontwijken, uit de weg gaan, vermijden
fari lokon aluit de weg gaan voor
fieri pribogen op, prat gaan op, zich beroemen op, zich verheffen op
fluktuifluctueren, op en neer gaan, schommelen
k.t.p.enz.

Viaj preferoj:
> unikodo iksoj
> normala minimuma
(La minimuma stilo funkcias nur en CSS-eblaj grafikaj kroziloj.)

(Bedaŭre, la vortlisto uzas la malnovan nederlandan ortografion.)
Malbela
kodo programita far Juerd Waalboer.