klaar zijn voor | esti ...-onta, esti preta por |
klaar | finita, hela, klara, klare, preta |
esti ...-onta | klaar zijn voor, op sprong staan |
esti preta por | klaar zijn voor, op sprong staan |
finita | afgelopen, afgewerkt, beindigd, klaar |
hela | hel, helder, klaar, licht |
klara | duidelijk, helder, klaar, uitgesproken |
klare | duidelijk, helder, klaar |
preta | af, afgelopen, gereed, klaar |
klaar zijn voor | esti ...-onta, esti preta por |
zijn | ekzisto, ento, estado, esti, ĝia, lia, liaj, sia, siaj |
aboni | geabonneerd zijn op |
abundi | in overvloed aanwezig zijn |
agi | ageren, bezig zijn, doen, handelen, optreden, te werk gaan |
agordiĝi | gelijkluidend zijn |
aklami | bij acclamatie benoemen, toejuichen, zijn bijval betuigen |
akordi | het eens zijn, overeenstemmen, samengaan |
alcentrigi siajn pensojn | zijn gedachten verzamelen |
alesti | aanwezig zijn, aanwezig zijn bij |
alproksimiĝi | in aantocht zijn, naderen |
ambicii | eerzuchtig zijn |
amegi | dol zijn op, gek zijn op, zielsveel houden van |
amuziĝadi | aan de boemel zijn, boemelen |
angle | in het Engels, op zijn Engels |
antaŭvidi | bedacht zijn op, verwachten, vooruitzien, voorzien |
apudesti | aanwezig zijn, aanwezig zijn bij |
arabe | in het Arabisch, op zijn Arabisch |
aroganti | een hoge toon aanslaan, zijn neus in de wind steken |
avari | karig zijn met, zuinig zijn met |
baziĝi | gebaseerd zijn, steunen |
boli | borrelen, koken, op het kookpunt zijn, zieden |
bonvoli | gelieven, welwillend zijn |
bonvoli al iu | iemand goedgezind zijn |
centope | met zijn honderden |
cirkuli | circuleren, in omloop zijn, rondgaan, rouleren |
ĉeesti | aanwezig zijn, aanwezig zijn bij, bijwonen |
danĝeri | gevaarlijk zijn |
dekadenci | aan lager wal raken, in verval zijn, zinken |
dekope | met zijn tienen |
demisii | aftreden, demissionair zijn |
dependi | afhangen, afhankelijk zijn, deel uitmaken |
dependi de | afhangen van, afhankelijk zijn van |
deveni | afstammen, het gevolg zijn van, ontspruiten, voortkomen |
deveni de | afkomstig zijn van, stammen uit, stammen van |
devojiĝi de sia rolo | uit zijn rol vallen |
diboĉi | aan de rol zijn, boemelen, brassen, slempen, uitspatten |
diri sian opinion pri | zich uitspreken over, zijn mening geven over |
disstari | gescheiden zijn |
dormemi | slaap hebben, slaperig zijn |
drinkadi | aan de drank zijn, drinken |
drivi | afdrijven, drijven, op drift zijn |
duope | getween, met zijn tween, onder vier ogen |
ebli | mogelijk zijn |
egali | evenaren, gelijk zijn aan |
ekloĝi | intrekken, zijn intrek nemen, zijn tenten opslaan |
eksproprigi | uit zijn eigendom ontzetten |
ekstazi | in extase verkeren, in extase zijn |
ektusi | zijn keel schrapen |
ekvicii | uit zijn bezit ontzetten |
ekvilibri | in evenwicht verkeren, in evenwicht zijn |
ekzisto | bestaan, zijn |
k.t.p. | enz. |
voor | al, antaŭ, antaŭ ol, dum, ĝis, kiel, por, sulko |
akiri meritojn pri | zich verdienstelijk maken voor |
al | aan, bij, naar, tegen, tot, voor |
aliĝi al | zich aanmelden voor, zich voegen bij |
amori | seksuele hartstocht voelen, seksuele hartstocht voelen voor |
anglomanio | voorliefde voor alles wat Engels is |
ankri | verankeren, voor anker gaan |
antaŭ | voor |
antaŭ ol | aleer, alvorens, alvorens te, eer, voor, vooraleer |
antaŭgardi | behoeden, bewaren voor |
antaŭtagmeze | in de morgen, voor de middag |
aperi antaŭ la juĝisto | terechtstaan, voor de rechter verschijnen |
artritismo | aanleg voor gewrichtsontsteking |
asigni | betekenen, dagen, dagvaarden, toewijzen, voor het gerecht dagen |
boĝio | draaischijf, draaischijf voor locomotieven |
bruski | voor het hoofd stoten |
cetere | overigens, trouwens, verder, voor de rest |
ĉarpio | pluksel, pluksel voor wond |
defendi | opkomen voor, verdedigen, verweren |
destini por | bestemmen voor, toedenken |
diatezo | aanleg voor een ziekte |
digestiga | bevorderlijk voor de spijsvertering |
dum | gedurende, onder, staande, terwijl, tijdens, voor |
dumviva | levenslang, voor het leven |
duone | gedeeltelijk, half, voor de helft |
ekflamiĝi por | zich warm maken voor |
eksieĝi | het beleg slaan voor |
enskribigi sin por | zich aanmelden voor |
esotera | alleen voor ingewijden, esoterisch |
esti ...-onta | klaar zijn voor, op sprong staan |
esti ĉe ankro | voor anker liggen |
esti malbonaŭgura por | er slecht uitzien voor |
esti pendigoto | voor galg en rad opgroeien |
esti preta por | klaar zijn voor, op sprong staan |
esti singarda kontraŭ | op zijn hoede zijn voor |
estimi | achten, achting hebben voor, achting toedragen, hoogachten |
eterne | voor eeuwig |
fari lokon al | uit de weg gaan voor |
flegi | verplegen, verzorgen, zorgen voor |
garantii | borg staan voor, garanderen, sponsoren, waarborgen |
gardi sin de | zich wachten voor |
gardi sin kontraŭ | op zijn hoede zijn voor |
ĝis | binnen, tot, totdat, voor |
ĝuste taŭga por | geknipt voor |
havi inklinon por | een zwak hebben voor, houden van |
improvize | voor de vuist weg |
indulgi | ontzien, sparen, toegeeflijk zijn voor, zich laten vermurwen |
interŝanĝe de | in ruil voor |
ira | alleen voor de heenreis, enkel |
kaŝi de | verbergen voor |
kaŝi sin de | zich verbergen voor |
k.t.p. | enz. |