enkel | ira, maleolo, nur, nura, unuobla |
ira | alleen voor de heenreis, enkel |
maleolo | enkel |
nenia | geen enkel, geen enkele, generlei |
neniu | geen, geen enkel, geen enkele, niemand |
nur | alleen, enkel, maar, pas, slechts, uitsluitend |
nura | bloot, enkel, louter |
unuobla | enkel |
geen enkel | nenia, neniu |
enkele | kelkaj, kelke da |
kelkaj | een paar, enige, enkele, sommige, wat |
kelke da | een paar, enige, enkele, sommige, wat |
nenia | geen enkel, geen enkele, generlei |
nenial | nergens om, om geen enkele reden, zomaar, zonder reden |
neniel | geenszins, in geen geval, op geen enkele wijze |
neniu | geen, geen enkel, geen enkele, niemand |
geen enkele | nenia, neniu |
om geen enkele reden | nenial |
op geen enkele wijze | neniel |