zonder zorgen zijn | esti senzorga |
zonder | sen |
esti senzorga | zonder zorgen zijn |
glata | effen, gelijk, glad, sluik, vlot, zonder moeilijkheden |
nefaka ministro | minister zonder portefeuille |
nenial | nergens om, om geen enkele reden, zomaar, zonder reden |
prodo | ridder zonder vrees of blaam |
raglano | jas zonder schoudernaad |
sen | gespeend van, ontbloot van, verstoken van, zonder |
sen ajna | zonder een zweem van |
sen tio ke | zonder dat |
senamika | zonder vrienden |
senceremonia | eenvoudig, gemeenzaam, gemoedelijk, zonder plichtplegingen |
senceremonie | zonder omhaal van woorden |
sendifekta | gaaf, heel, intact, onbeschadigd, zonder gebreken |
senegala | ongevenaard, onvergelijkelijk, weergaloos, zonder weerga |
senescepte | zonder uitzondering |
sengusta | smaakloos, smakeloos, zonder goede smaak |
senhezite | grif, zonder aarzelen, zonder aarzeling |
senhonte | schaamteloos, zonder blikken of blozen |
senintence | per ongeluk, zonder opzet |
senkompara | ongevenaard, onvergelijkelijk, weergaloos, zonder weerga |
senmanke | zonder mankeren |
senmotive | zonder reden |
sennombraj | zonder tal |
senpeka | volmaakt, zondeloos, zonder zonde |
senpera komplemento | bepaling zonder voorzetsel |
senprokraste | dadelijk, onmiddellijk, op stel en sprong, terstond, zonder verwijl |
sensukcese | onverrichterzake, zonder succes |
senŝanceliĝe | zonder aarzelen |
sentreme | zonder blikken of blozen |
simple | eenvoudig, eenvoudigweg, zonder meer |
bepaling zonder voorzetsel | senpera komplemento |
jas zonder schoudernaad | raglano |
minister zonder portefeuille | nefaka ministro |
ridder zonder vrees of blaam | prodo |
zonder aarzelen | senhezite, senŝanceliĝe |
zonder aarzeling | senhezite |
zonder blikken of blozen | senhonte, sentreme |
zonder dat | sen tio ke |
zonder een zweem van | sen ajna |
zonder gebreken | sendifekta |
zonder goede smaak | sengusta |
zonder mankeren | senmanke |
zonder meer | simple |
zonder moeilijkheden | glata |
zonder omhaal van woorden | senceremonie |
zonder opzet | senintence |
zonder plichtplegingen | senceremonia |
zonder reden | nenial, senmotive |
zonder succes | sensukcese |
zonder tal | sennombraj |
k.t.p. | enz. |
zorgen | zorgi, zorgoj |
esti senzorga | zonder zorgen zijn |
fari al si zorgojn | tobben, zich zorgen maken |
flegi | verplegen, verzorgen, zorgen voor |
zorgi | bezorgd zijn, zich bekommeren, zorgen |
zorgi por | passen op, zorgen voor |
zorgoj | muizenissen, zorgen |
zich zorgen maken | fari al si zorgojn |
zonder zorgen zijn | esti senzorga |
zorgen voor | flegi, zorgi por |
zijn | ekzisto, ento, estado, esti, ĝia, lia, liaj, sia, siaj |
aboni | geabonneerd zijn op |
abundi | in overvloed aanwezig zijn |
agi | ageren, bezig zijn, doen, handelen, optreden, te werk gaan |
agordiĝi | gelijkluidend zijn |
aklami | bij acclamatie benoemen, toejuichen, zijn bijval betuigen |
akordi | het eens zijn, overeenstemmen, samengaan |
alcentrigi siajn pensojn | zijn gedachten verzamelen |
alesti | aanwezig zijn, aanwezig zijn bij |
alproksimiĝi | in aantocht zijn, naderen |
ambicii | eerzuchtig zijn |
amegi | dol zijn op, gek zijn op, zielsveel houden van |
amuziĝadi | aan de boemel zijn, boemelen |
angle | in het Engels, op zijn Engels |
antaŭvidi | bedacht zijn op, verwachten, vooruitzien, voorzien |
apudesti | aanwezig zijn, aanwezig zijn bij |
arabe | in het Arabisch, op zijn Arabisch |
aroganti | een hoge toon aanslaan, zijn neus in de wind steken |
avari | karig zijn met, zuinig zijn met |
baziĝi | gebaseerd zijn, steunen |
boli | borrelen, koken, op het kookpunt zijn, zieden |
bonvoli | gelieven, welwillend zijn |
bonvoli al iu | iemand goedgezind zijn |
centope | met zijn honderden |
cirkuli | circuleren, in omloop zijn, rondgaan, rouleren |
ĉeesti | aanwezig zijn, aanwezig zijn bij, bijwonen |
danĝeri | gevaarlijk zijn |
dekadenci | aan lager wal raken, in verval zijn, zinken |
dekope | met zijn tienen |
demisii | aftreden, demissionair zijn |
dependi | afhangen, afhankelijk zijn, deel uitmaken |
dependi de | afhangen van, afhankelijk zijn van |
deveni | afstammen, het gevolg zijn van, ontspruiten, voortkomen |
deveni de | afkomstig zijn van, stammen uit, stammen van |
devojiĝi de sia rolo | uit zijn rol vallen |
diboĉi | aan de rol zijn, boemelen, brassen, slempen, uitspatten |
diri sian opinion pri | zich uitspreken over, zijn mening geven over |
disstari | gescheiden zijn |
dormemi | slaap hebben, slaperig zijn |
drinkadi | aan de drank zijn, drinken |
drivi | afdrijven, drijven, op drift zijn |
duope | getween, met zijn tween, onder vier ogen |
ebli | mogelijk zijn |
egali | evenaren, gelijk zijn aan |
ekloĝi | intrekken, zijn intrek nemen, zijn tenten opslaan |
eksproprigi | uit zijn eigendom ontzetten |
ekstazi | in extase verkeren, in extase zijn |
ektusi | zijn keel schrapen |
ekvicii | uit zijn bezit ontzetten |
ekvilibri | in evenwicht verkeren, in evenwicht zijn |
ekzisto | bestaan, zijn |
k.t.p. | enz. |