opwinden | agiti, bobeni, bulvolvi, eksciti, streĉi |
agiti | agiteren, ophitsen, opruien, opstoken, opwinden, schudden |
bobeni | op een klos winden, opwinden, spoelen, winden |
bulvolvi | opwinden |
eksciti | aanwakkeren, opwinden, prikkelen, verhitten, werken op |
ekscitiĝi | opgewonden raken, zich opwinden |
streĉi | nauwer aanhalen, opwinden, spannen, strekken, uitrekken |
zich opwinden | ekscitiĝi |